Een belangrijk begrip binnen het contextuele gedachtegoed is ‘loyaliteit’. Meestal associëren mensen loyaliteit met gevoelens van trouw en van verbondenheid. Nagy, de grondlegger van de contextuele therapie, legt uit in zijn boek ‘Tussen geven en nemen’, dat het juist niet gebaseerd is op gevoelens of aantrekkingskracht tussen mensen. Loyaliteit houdt volgens hem in dat men rekening houdt met de verwachtingen en de belangen van de ander. Het is meer dan een moreel gedrag, het is een zijnsgegeven. Vooral in familierelaties is er sprake van deze zogenaamde existentiele loyaliteit. Alleen door het feit dat men een kind is van zijn ouders ontstaat er een band die niet meer verbroken kan worden. De loyaliteit van kinderen aan ouders wordt ook wel verticale loyaliteit genoemd. Deze kan niet verbroken worden zonder schadelijke gevolgen. De loyaliteit tussen gekozen relaties noemt men horizontaal. Deze loyaliteit wordt verworven door wederzijdse zorg en aandacht en berust op verdienste.
Loyaliteiten kunnen met elkaar botsen. Er moet een keuze gemaakt worden tussen de loyaliteit van de één ten opzichte van de ander. Denk bijvoorbeeld aan een zestienjarig meisje dat moet kiezen tussen de wensen van haar vriendinnen om met hen op vakantie te gaan en de verwachtingen van haar ouders die nog willen dat zij met hen meegaat. Het zich losmaken van de ouders kan als deloyaal worden beleefd, waardoor spanningen ontstaan. Het kiezen van een levenspartner kan ook aanleiding geven tot loyaliteitsconflicten. Telkens weer moet er een nieuw evenwicht gevonden worden tussen horizontale- partner/vriendschaps- en verticale- ouders/kinderen- relaties.
Als mensen op een gezonde manier geliefd en gehecht zijn in hun gezin, kunnen ze heen en weer bewegen tussen wederzijdse verwachtingen en ieders belangen. Zij zijn dan in staat om in vrijheid af te stemmen en keuzes te maken. Loyaliteitskeuzes horen bij het leven en zijn soms lastig, maar hoeven geen conflicten te geven.
Als loyaliteit wordt ontkend of gerelativeerd kan het ondergronds ofonzichtbaar worden. Het wordt dan een verborgen kracht en kan zo schade veroorzaken aan een nieuw gekozen relatie. Een vrouw wil loyaal blijven aan het christelijke gedachtegoed van haar ouders, maar haar man wil dat zij dit opgeeft. Het lukt haar niet om haar christenzijn vorm te geven, ze praat er bijna niet meer met hun kinderen over, vanbinnen kan ze het echter niet opgeven. Ze worstelt omdat ze loyaal wil zijn aan haar man en tegelijkertijd merkt ze dat ze haar overtuiging niet op wil geven. Ze probeert nu, op momenten dat haar man er niet is, toch iets van het gedachtegoed door te geven aan haar kinderen.
Of een man wil loyaal blijven aan de cultuur van zijn geboorteland. Dit botst met de opvattingen van zijn vrouw over gelijke rechten en kansen voor man en vrouw. Hij zoekt, zonder dat zij het weet, steeds meer contact met gelijkgestemden in zijn land van afkomst.
Overloyaal zijn is een andere vorm van onvrijheid. Iemand blijft dan in sterke mate beschikbaar voor bijvoorbeeld zijn ouders en kan geen zelfstandig leven opbouwen met zijn eigen gezin. Het lukt hem niet om te kiezen om een feestdag thuis te blijven met zijn gezin, als zijn ouders daardoor alleen zijn. Ouders doen er goed aan om hun volwassen kinderen loyaal te laten zijn aan hun partner en hun gezin. Mannen en vrouwen doen er goed aan om elkaar de ruimte te geven om loyaal te zijn aan hun ouders. De keuzes die daarin gemaakt moeten worden en de veranderingen die daarin nodig zijn, vragen veel geduld. Patronen die soms ontstaan zijn en verwachtingen en belangen kunnen een grote druk op iemand leggen.
Een ernstige vorm van loyaliteit is de gespleten loyaliteit. Door tegenstrijdige eisen kan een kind slechts loyaal zijn aan één van de ouders, ten koste van de loyaliteit aan de andere ouder. Een dochter kan door de moeder gedwongen worden zich tegen de vader te keren, waardoor zij deloyaal wordt. Zij kan alleen loyaal zijn aan haar moeder door deloyaal te worden aan haar vader. Dit veroorzaakt een gespleten loyaliteit. Door het kind tegen te werken in zijn loyaliteit kan er een innerlijke verscheurdheid ontstaan. Kinderen zijn van nature loyaal aan beide ouders, wat er ook is gebeurd en hoe zij ook voor hen hebben gezorgd. Als ouders chronisch conflicten hebben, wil een kind hen verzoenen.
Het is ontzettend belangrijk om bijvoorbeeld bij echtscheiding, het kind te laten wonen bij die ouder die niet alleen goed voor hem zorgt, maar die hem ook loyaal aan de andere ouder laat zijn. Kinderen gaan eraan onderdoor als zij blijvend gedwongen worden om te kiezen.
Er moet ruimte blijven voor loyaliteit, ook in een hulpverleningsgesprek. Kinderen ervaren veiligheid als zij, ondanks de problemen die zich thuis hebben afgespeeld met hun ouders, loyaal aan hen mogen blijven.
Loyaliteit is een prachtige kracht binnen een gezin waarvan geen misbruik mag worden gemaakt. Misbruik kan het vertrouwen in relaties en in het leven ernstig belemmeren. Het kan kinderen en volwassenen opzadelen met een schuldgevoel, een blijvend gevoel van tekortschieten.
Het is een aandachtspunt binnen de hulpverlening, om rekening te blijven houden met loyaliteit als belangrijk gegeven.